Bij het horen van de term ‘Bijlmersafari’ gingen bij mij de wenkbrauwen fronzen. Moest ik me een buurt voorstellen waar het publiek al spottend op groot wild, gewapend met camera’s, gezapig langs trekt. De ranger schotelt na iedere bocht een nieuwe ervaring voor. Van de 140 culturen wordt er iedere minuut 1 afgestreept. Met de Bijlmer als stemmig decor.
Inmiddels draait de safari een aantal weken. Ik ben zelf nog niet in het veld geweest, maar de kritieken zijn stuk voor stuk lovend (zie onderstaand NRC). Aanstekelijk!
Kauwend op de kritieken moet ik constateren dat Adelheid Roosen en haar team er riant in zijn geslaagd de bezoeker te verrassen op een manier die prettig past bij de buurt. De totale rit neemt 4 uur in beslag. Ik moest maar eens snel een kruis in mijn agenda zetten en het tropenpak uit de mottenballen halen.
NRC 26 mei 2015 – Door Ron Rijghard
Wijksafari Bijlmer is een magische ervaring
De eerste kennismaking met de Bijlmer is een cliché: drie tieners blowend op een bankje op straat. Maar als wij, een groep van tien deelnemers aan theaterproject Wijksafari Bijlmer, binnentreden in het wit blinkende huis van onze gastvrouw Sophia opent zich een nieuwe wereld. Dat haar huis overdreven proper aandoet, is geen toeval legt de zestigjarige Surinaamse uit. Daar is ze voor behandeld. De tijd dat ’s nachts maniakaal de badkamer poetste is voorbij. Nu is ze stabiel.
Ze heeft meer overwonnen om de stralende vrouw te worden die ze nu is. Als vijfjarige kwam ze wegens hartproblemen alleen naar Nederland, vertelt ze, met achterlating van haar moeder in Suriname. Haar verhaal is droevig en vreugdevol tegelijk. Hier waren mensen die haar hielpen, ook met geld voor een reis terug toen haar moeder op sterven lag. Het inspireerde haar om te doen wat nu haar werk is: het bijstaan van chronisch zieke vrouwen van wie je aan de buitenkant niet ziet dat ze iets mankeren.
Openhartigheid en positiviteit vormen de grondslag van de Wijksafari: je komt thuis bij wijkbewoners, die elk twee maanden een acteur in huis namen. Aan groepjes publiek vertellen ze over hun leven en over de relatie die ze opbouwden.
Sophia heeft Wassim ‘geadopteerd’. Terwijl we met een bordje eten op schoot zitten, zet hij de tv aan: het journaal aan, verwoestingen in Syrië, niks ongewoons. Totdat Wassim opmerkt: „Ik herken de straten van Yarmouk nauwelijks meer.” En dan: „Daar links, dat is mijn school.” Te zien is alleen het zoveelste gebouw dat in puin ligt. Bewoners verklaren dat er een tekort aan eten en drinken is. We kijken naar Wassim, niet meer naar ons bord.
Beter kijken, anders kijken, contact leggen – dat is wat de Wijksafari beoogt en voor elkaar krijgt. Ja, er is een script, maar nee, het is geen theater. Althans, het is wel theater, maar dan honderd procent puur en het leven zelf. Dat besef, dat je doordringt tot plekken en mensen die zo dichtbij en je toch vreemd zijn, maakt deelname tot een magische ervaring.
Ondanks alles zijn Wassim en Sophia een en al aanstekelijke levenslust. Er wordt gedanst, gezongen en gelachen in de huiskamer. En Wassim onthult hoe moeilijk hij het heeft met het geheim dat hij zo graag aan zijn moeder zou vertellen, omdat hij nou eenmaal alles aan haar vertelt. Maar dit niet. Hij drapeert een bruidssluier over Sophia’s hoofd. Hij zal nooit trouwen, niet met een vrouw.
De safari brengt niet alleen intiem contact met bewoners – er is ook een verrassende reis door de wijk. Wassim deelt hoe hij geniet van de Bijlmer met zijn 140 nationaliteiten, de kinderboerderij in het midden en het uitzicht vanaf de negende verdieping van een flat. Dan gaan we achterop de scooter bij een team van Bijlmer-jongens en Bijlmermeisjes en zwieren door de groene en toegankelijke wijk. De langwerpige flats zijn minder beeldbepalend dan de bomen, grasvelden en straten met aangename laagbouw.
Als we weer wandelen, trakteren schoolkinderen ons op een optreden. Een auto snijdt ons, er stapt een vrouw uit die ons toezingt. Wassim draagt onze groep over aan een andere gids, Mike, die ons zingend en marcherend brengt naar een nieuwe gastvrouw, Sherry.
Mike stelt vragen en laat haar praten: over haar geslachtsverandering, haar polio en hoe ze als kind te vondeling is gelegd in Biafra, Nigeria en is opgegroeid in Nederland. Zich iets herinneren wil zij niet, want ze vreest een trauma. Zeer ontroerend. Maar als Mike vertelt hoe zijn vader er in zijn jeugd vandoor ging, moet je even goed je tranen wegslikken. Vader ging op familiebezoek in Suriname en stuurde zijn gezin een telegram: „Goed aangekomen. Stop. Kom niet meer terug. Stop.”
Bij de wandeling naar het eindpunt moeten de groepsleden elkaar persoonlijke vragen stellen. Intimiteiten worden soepel gedeeld. De verhalen onderweg hebben iedereen zacht gemaakt. We zijn open gepeld. Dat is het gevaar: de Wijksafari is besmettelijk. Voor je het weet, leg je je schild af en treed je wildvreemden zonder voorbehoud tegemoet.