Afscheid nemen doet pijn. Maar een verlies van een WK-finale doet extra pijn. Voetbal is de belangrijkste bijzaak ter wereld voor veel mensen. Dat geldt ook voor mij. Toch kost het verlies van Spanje mij maximaal 1 slechte dag. Na het schrijven van dit stuk is het voorbij. Ik zal het uitleggen.
eerder gepubliceerd op 12 juli 2010
Dit is niet de eerste wk-finale die Nederland verliest. In 1974 was ik 5 jaar (bijna 6). Ik heb dat kampioenschap niet erg bewust meegemaakt maar wat me is bijgebleven is het algemene gevoel dat we de beste waren en verloren van de (West-)Duitsers. Als knul speelde je ‘oorlogje’ en van de oudere jongens had je geleerd dat Duitsland ‘slecht’ was en verslagen moest worden. Dat was dus niet gelukt. Daarna kreeg ik het voetbalvirus te pakken.
Bij het EK van 1976 volgde ik alle verrichtingen van het Nederlands Elftal. Het was zelfs zo dat ik op een gegeven moment de avondvierdaagse liep met een radio en een oordopje in. Terwijl iedereen liep te zingen gaf ik de stand door. Een belangrijk moment voor een kind is de keuze voor de favoriete club. Opgroeiend in Zeeland op het eiland Schouwen-Duiveland, was als dichtst bij gelegen grote club Feyenoord, voor veel jongens 1e keus. Maar dat was mij te makkelijk. Mijn voorkeur werd dichter bij huis ingegeven.
Op mijn vaders kantoor was een koffiedame die ook altijd goed voor de kinderen van de medewerkers zorgde. In de vakantie mocht ik wel eens een dagje mee naar kantoor. En nadat mevrouw Koster de lunch had verzorgd mocht ik mee naar haar huis. En daar lag een plakboek klaar van een flegmatieke speler die was doorgebroken in het betaalde voetbal. Tot zijn 22e had hij voor het lokale Zierikzee gespeeld. Hij was gescout door Roda JC uit Kerkrade en vertoonde daar nu zijn kunsten. De foto’s gaven een treffend beeld van Adrie Koster in actie. Roda, de club van Adrie, een sub-topper in de Eredivisie, heeft toen mijn hart gestolen.
In 1978 was het zover. Nederland zou het verlies uit ’74 weg poetsen. We hadden nog steeds het beste elftal met Dick Nanninga de lange kopsterke spits en sluitpost Jan Jongbloed, beide ook spelend voor mijn Roda. Maar waarom ging Johan Cruyff niet mee? En om welke reden wilden Bram Vermeulen en Freek de Jonge dat Nederland niet deelnam? En waarom wilde de politiek zich bemoeien met de gang naar Argentinië? Vragen waar een 9-jarige niet veel van snapt als het om zijn belangrijkste bijzaak gaat.
We gingen en speelden goed genoeg om de finale te halen. Tegen angstgegner West-Duitsland werd in de 2e ronde gelijk gespeeld. De finale werd gespeeld tegen het thuisland in het volgepakte Estado Monumental in Buenos Aires. De wedstrijd begon chaotisch.
Het veld lag bezaaid met uitgerold wc-papier en de Argentijnen maakten bezwaar tegen het gips om de arm van René van der Kerkhof. Mario Kempes opende de score. Nanninga viel in voor Rep. In in de 82e minuut kopte de invaller met rugnummer 18 in een kolkend stadion, de gelijkmaker. Het stadion viel even stil. En de laatste minuut van de reguliere speeltijd raakte Rob Rensenbrink de paal. Na gisterenavond weten we dat Nederland nooit dichter bij het wereldkampioenschap is geweest. Het was een felle match. Het bloed zat op de shirts. Na de verlenging maakte de ontketende speler met de lange manen, Mario Kempes de 2-1 en gaf hij de assist voor de eindstand 3-1. Geen revanche voor het verlies van de finale van ’74. Ik was ontgoocheld.
Na het WK speelden de spelers van Roda een oefenwedstrijd tegen Zierikzee op het eiland waar ik opgroeide. Ik ging uiteraard kijken. De helden Nanninga en Jongbloed, met hun dikke donkere bakkebaarden, werden met groot enthousiasme onthaald. Duizenden mensen stonden langs de lijn van de lokale club. En uiteraard was ook mijn idool Adrie Koster van de partij. Koster zou dat najaar debuteren in het Nederlands elftal en door zijn slechte gestel bleef zijn internationale optreden beperkt tot 3 wedstrijden.
De Groninger Dick Nanninga werd topscorer aller tijden voor de club uit Kerkrade. Hij kon ooit spelen voor Ajax maar wilde zijn goedlopende bloemenzaak in Limburg niet verlaten en bleef Roda tot 1982 trouw.
Jan Jongbloed bleef tot zijn 45e zijn beroep als keeper uitoefenen. Het bleef altijd knagen dat verlies van 1978. De vragen die ik als jongen van 9 had bleven hangen.
In 2001 ben ik op reis gegaan naar Argentinië. Ik heb het immense stadion bezocht waar de finale werd gespeeld, de thuisbasis van River Plate. Ik maakte kennis met dwaze moeders en het drong intens tot me door waar Freek en Bram over zongen. Ik ging naar het hotel waar de spelers het langst overnachtten. Het verhaal was dat de vrouw van Johan Cruyff een overzees verblijf voor haar man niet zag zitten. Maar ook de verhalen die zich rond dit hotel afspeelden moeten mevrouw Cruyff niet hebben gerustgesteld. De dames en de drank waren binnen handbereik. Het ooit zo luxe verblijf was inmiddels veranderd in een bouwval. Ik kon zo naar binnen wandelen en de kamers van Rep, Krol en Haan aanschouwen. Ook de kamer van Suurbier was herkenbaar, met wat lege flessen in de hoek.
En hoe zou het met Dick Nanninga gaan? Het verhaal gaat dat de 61-jarige Groninger in het Belgische Neeroeteren een gelegenheid uitbaat. In Cafe de Zwarte Kat kan je dansen en een lichte dame aan de haak slaan. De donkere bakkebaarden zijn verruild voor een grijze dos. Maar hij is gelukkig zo. Als er een biografie over zijn leven komt ben ik de eerste die hem koopt. En het is actueler dan ooit. Want Nanninga is de laatste Nederlandse speler die een goal heeft gescoord in een finale van een WK en ook als enige een velddoelpunt (Neeskens scoorde in ’74 een penalty). En ik gun hem deze eretitel van harte.
Arjen Robben heeft zijn kansen gehad om de honneurs waar te nemen. Maar hij heeft niet gedaan wat veel mensen hadden gehoopt en verwacht. Maar Robben lijkt me een man die gevoel heeft voor historie. Hij moet nagedacht hebben over die kolkende massa Argentijnen en die massieve kopgoal van de nummer 18 die hen het zwijgen oplegde. Daar moet je wel een heel fraai doelpunt tegenover zetten. En dat had hij kennelijk niet in de benen. Bovendien is Robben net zoals Nanninga een Grunniger. Die zal wel gedacht hebben toen hij moest scoren: ‘dat mokt mie de keudel nait broen’. Waarmee Dick Nanninga dankzij Arjen Robben ook voor de komende 4 jaar geschiedenis blijft schrijven. En daar heb ik vrede mee.
Nb Dit stuk is eerder gepubliceerd na de verloren WK Finale van 2010 (op 12 juli).
Nb2 Nanninga overleed in 2015. Dat jaar kwam er een aardige docu uit van de man van beton: https://youtu.be/AuB8hGAnuxg
Nb3 De biografie van kopsterke spits verscheen in 2016 van de hand van Jan Siebelink. Uiteraard kocht ik die direct. https://www.sportboek.nl/product/de-lange/